Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [33]In des [34]koopmans hand is een [35]bedriegelijke weegschaal, hij bemint te [36]verdrukken; 33. In plaats van recht en weldadigheid [wil de Heere zeggen] gaan onrecht en bedriegerij in zwang. 34. Zie deze betekenis van het Hebreeuwse woord Kanaan, of Kenaan, Job 40:25. Hebreeuws, de koopman, in zijne hand is, enz. Anders: [hij is] een Kanaaniet! Alsof de profeet zeide: Die bastaard, hij gedraagt zich niet als een kind van Jakob, maar hij aardt, of slacht en gelijkt meer een heiden en Chams gebroedsel. 35. Hebreeuws, weegschalen des bedrogs; zie Lev.19:13,35; Deut.25:13; 1 Thess.4:6. 36. Zo door arglistige en onrechtvaardige handelingen in zijn handel, alsook door moedwillige roverij en geweld.